Chronische nierziekte bij katten
Chronische nierziekte, of CNZ, is een aandoening waarbij de nieren op lange termijn worden aangetast. Hoewel je in het begin niets merkt, ontwikkelt de aandoening zich vaak geleidelijk tot het punt waarop er sprake is van een verlies van de normale nierfunctie. Daardoor kunnen afvalstoffen niet meer goed uit het lichaam worden verwijderd en gaan andere belangrijke functies verloren.
De nierschade is meestal onomkeerbaar en vaak progressief, waarbij de klinische symptomen zich meestal openbaren wanneer meer dan tweederde tot driekwart van de nierfunctie verloren is gegaan.
CNZ komt vaak voor bij oudere katten vanaf 7 jaar, en treft tot 80% van de oudere dieren (die van 11 jaar en ouder).
Wat doen de nieren?
De nieren spelen een centrale rol bij het filteren van het bloed en het verwijderen van gifstoffen en afvalstoffen via de urine. Daarnaast hebben de nieren ook vele andere belangrijke functies, zoals:
- het op peil houden van de vochtbalans door meer of minder urine uit te scheiden,
- het zorgen voor een optimaal gehalte aan mineralen (calcium en fosfor) wat belangrijk is voor het gezond houden van de botten,
- het reguleren van de bloeddruk,
- het reguleren van de aanmaak van rode bloedcellen die zuurstof naar de organen vervoeren.
Met zo veel verschillende functies is goed te begrijpen waarom nieraandoeningen een aanzienlijke invloed hebben op veel lichaamsfuncties.
Wat zijn de symptomen van chronische nierziekte bij katten?
Wanneer de nierfunctie bij CNZ is verstoord, dan kunnen de nieren de urine niet goed meer concentreren. Dit heeft tot gevolg dat katten meer verdunde urine produceren, en ze zullen meestal vaker plassen. Katten compenseren dit vochtverlies meestal door meer te drinken.
Naarmate de ziekte verergert, kan je ook het volgende opmerken:
- slechte eetlust en gewichtsverlies,
- lusteloosheid,
- braken,
- onverzorgde vacht,
- slechte adem en mondzweren.
Hypertensie, bloedarmoede en een verstoorde miniralenbalans zijn ook veel voorkomende gevolgen van CNZ die met bepaalde tests kunnen worden opgespoord door de dierenarts.
Wat zijn de oorzaken van chronische nierziekte bij katten?
De oorzaak (oorzaken) van CNZ is (zijn) vaak onbekend. Katten zijn bijzonder vatbaar voor deze ziekte en in veel gevallen wordt gedacht dat meerdere aandoeningen in de loop der tijd progressieve nierschade veroorzaken. Tegen de tijd dat de diagnose CNZ wordt gesteld, kan de oorspronkelijke oorzaak van de schade allang verdwenen zijn.
Bij sommige katten kunnen specifieke ziekten worden vastgesteld die tot chronische nierziekte hebben geleid, zoals:
- verstopping van de urinewegen,
- schade door gifstoffen zoals antivries,
- nierkanker,
- infecties van de nieren,
- erfelijke ziekten.
Welke katten hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van chronische nierziekte?
Katten ouder dan zeven jaar hebben meer kans om chronische nierziekte te ontwikkelen dan jongere katten.
Bepaalde ziekten kunnen het risico op het ontwikkelen van CNZ verhogen, Dit zijn o.a. bepaalde hartproblemen en hyperthyreoïdie (overactieve schildklieren).
Sommige raskatten zoals Perzen en aan Perzen verante rassen hebben kans op het ontwikkelen van erfelijke polycysteuze nierziekte en daardoor ook op chronische nierziekte.
Hoe wordt de diagnose chronische nierziekte gesteld?
Je dierenarts zal zich meestal baseren op een combinatie van bloed- en urineonderzoek om de diagnose CNZ te stellen. Bij bloedonderzoek kunnen verhoogde concentraties van stoffen die normaal door de nieren worden uitgescheiden (waaronder creatinine, ureum en SDMA) worden opgespoord, terwijl een analyse van de urine op hetzelfde moment een te lage concentratie kan aantonen.
CNZ kan soms toevallig vroeg worden ontdekt bij een routinecontrole, maar wordt meestal pas in een laat stadium vastgesteld wanneer er al ziektevershijnselen zichtbaar zijn.
Zodra de diagnose is gesteld, worden meestal aanvullende onderzoeken gedaan, zoals bloeddrukmeting, onderzoek naar de eiwitconcentratie in de urine, echografie of röntgenonderzoek om de nieren te bekijken of onderzoek naar infectieziekten. ...om mogelijke oorzaken, complicaties, prognose en behandelingsmogelijkheden te beoordelen.
Wat zijn de ziektestadia van chronische nierziekte?
Na de diagnose zal je dierenarts meestal verder bloedonderzoek (en eventueel urineonderzoek) doen en de bloeddruk van je kat meten om te bepalen hoe ver de ziekte gevorderd is en welke complicaties er zijn. Dit wordt 'stadiëring' van de ziekte genoemd.
Door het bepalen van het stadium kan de dierenarts de ernst van de ziekte van jouw kat beter inschatten, zodat hij de juiste behandeling kan aanbevelen. Deze informatie is ook erg nuttig om later de behandeling en vooruitgang van je kat te kunnen volgen.
Chronische nierziekte is onderverdeeld in vier stadia, waarbij stadium 1 het minst ernstig is en stadium 4 het meest gevorderd. De stadia zijn gebaseerd op de resultaten van bloedonderzoeken (met name naar creatinine of SDMA), en andere bevindingen zoals bloeddruk en eiwitconcentratie in de urine.
De behandeling van chronische nierziekte
Helaas is CNZ zelden te genezen en blijft de nierfunctie meestal in de loop van de tijd verslechteren. De behandeling is erop gericht de progressie van de ziekte zoveel mogelijk te vertragen en de levenskwaliteit van je kat zoveel mogelijk te behouden.
De behandeling ter ondersteuning van katten met CNZ bestaat vaak uit een aantal onderdelen:
- Het toepassen van een nierdieet - dit kan een vitale rol spelen bij het ondersteunen van de nierfunctie
- Zorgen dat jouw kat voldoende vocht binnenkrijgt en niet uitdroogt
- Het onder controle houden van de bloeddruk en voorkomen van bloedarmoede
- Intensievere behandeling kan nodig zijn naarmate de ziekte vordert
Na verloop van tijd zal de behandeling van jouw kat moeten worden aangepast. Regelmatige controle is een erg belangrijk. De frequentie van de dierenartsbezoeken is afhankelijk van de mate waarin jouw kat op de behandeling reageert en het stadium van de ziekte.